Kinderen met iGAS in de COPP-studie

De COPP-studie heeft tot januari 2023 kinderen met ernstige COVID-19 en MIS-C geïncludeerd. Vanaf januari 2023 worden kinderen met invasieve groep A streptokokken infecties (iGAS) in de studie geincludeerd. Groep A streptokokken infecties komen sinds begin 2022 toenemend voor, niet alleen in Nederland, maar ook in andere Europese landen. Ook zijn er in Nederland kinderen aan overleden.

Meer informatie over het onderzoek vindt je op de website www.infectiekids.nl

Waarom zijn er meer kinderen met iGAS?

Op dit moment is nog duidelijk waarom deze infecties nu vaker voorkomen. Mogelijk heeft het ermee te maken dat tijdens de corona-pandemie kinderen en volwassenen minder zijn blootgesteld aan deze bacterie. Daardoor zijn er minder mensen die afweer hebben tegen deze bacterie, waardoor deze makkelijker rond kan gaan. Ook kan het zijn dat er meer kinderen zijn met virus-infecties waarbij deze bacterie als secundaire infectie op kan treden. Bijvoorbeeld waterpokken of influenza. Daarnaast zou het kunnen zijn dat er op dit moment een groep A streptokok verspreidt, die meer ziekteverwekkend is dan de eerdere stammen.

In de COPP-studie zullen we onderzoeken:

  • hoeveel kinderen er zo ernstig ziek worden door een infectie met groep A streptokokken dat ze moeten worden opgenomen in het ziekenhuis
  • wat de voorgeschiedenis is van deze kinderen
  • of ze een voorafgaande infectie hadden zoals waterpokken of griep
  • hoe de kinderen zijn behandeld
  • hoe het met de kinderen is gegaan tijdens de opname

 

Gisteren hadden we het Willem-Alexander Kinderziekenhuis (WAKZ) een geslaagd symposium over COVID-19 en kinderen. Veel dank aan alle sprekers en aanwezigen en aan de voorzitter Pieter Fraaij.

COVID-19 in gezinnen

Angelique Winkel, Elandri Fourie en Patricia Bruijning-Verhagen hadden interessante presentaties over transmissie binnen gezinnen en de invloed van pre-existente immuniteit en de verschillende virus-varianten daarop. Ook het relatief milde beloop bij de meeste kinderen was evident.

Kinderen in het ziekenhuis

Adam Tulling liet de resultaten van de COPP-studie zien. Kinderen met acute COVID-19 die extra zuurstof of IC opname nodig hebben, hebben relatief vaak een onderliggende aandoening. Bij de ongeveer 180 kinderen met MIS-C in de COPP-studie blijkt een oudere leeftijd bij presentatie (>12 jaar) geassocieerd met een ernstiger beloop.

MIS-C

Gertjan Lugthart schoolde de aanwezigen bij over de immunopathologie van MIS-C, met als cliff-hanger: ‘wat is het superantigeen’? Karolijn Dulfer en Corinne Buysse lieten met de resultaten van het landelijke IC-onderzoek zien dat de psychologische impact van een intensive care opname vanwege MIS-C groot is. Zelfs een jaar na de opname hebben kinderen soms nog klachten.

Post-COVID condition, oftewel ‘long COVID’ bij kinderen

Coen R. Lap, M.D. en Lieke Noij lieten resultaten zien van de diverse post-COVID onderzoeken bij kinderen. Hoewel gelukkig zeldzaam, hebben kinderen met post-COVID klachten veel last van vermoeidheid en soms ook langdurig schoolverzuim.

Kinderen vaccineren … of niet?

Susan Hahné van het RIVM sprak over diverse aspecten van vaccinatie-veiligheid, effectiviteit en monitoring. Aan de hand van een aantal stellingen discussieerde daarna het panel met de zaal over de voors en tegens van het vaccineren van kinderen tegen COVID.

 

De gezondheidsraad heeft geadviseerd om kinderen tussen de 5 en 12 jaar oud met een onderliggende aandoening te vaccineren. Een advies voor gezonde kinderen volgt. Maar wat zijn nou precies de voor- en nadelen van het coronavaccin in deze groep?

Patricia Bruijning en Emmeline Buddingh’ spraken hierover bij Op1 afgelopen dinsdag.

Je kunt het fragment hier terugzien

Waarom zit het coronavaccin niet in een pilletje? Emmeline Buddingh beantwoord vragen van kinderen over coronavaccinatie voor de Podcast van het Jeugdjournaal.

De gezondheidsraad heeft het advies uitgebracht om kinderen vanaf 12 jaar met gezondheidsproblemen in te enten tegen het coronavirus. Bij de totstandkoming van dit advies zijn ook de gegevens uit de COPP-studie meegewogen. Het hele advies kun je hier nalezen. Kinderarts en COPP-hoofdonderzoeker Emmeline Buddingh beantwoordt bij Blok&Toine 5 vragen over dit advies.